Meer weten? Klik op More.
De bewogen geschiedenis van de Leemweg
Deel 1
In de 19de eeuw ligt Sint-Laureins er nogal geïsoleerd bij. Echte goede verbindingswegen met onze buurgemeenten zijn er niet. Zeker in de winter is het ploeteren door modder, water en sneeuw.
Onze vroede gemeenteraadsleden blijven echter niet bij de pakken neerzitten. Zo tegen het midden van de 19de eeuw spreekt men over niet veel anders meer dan over steenwegen. Eén voorstel springt eruit: we gaan een steenweg aanleggen vanaf Moershoofde tot aan de Wiskensmolen – zeg maar langs de Kruiskenstraat – om zo aansluiting te krijgen met de steenweg Eeklo – Watervliet. Het is een voorstel van burgemeester Geersens en dit voorstel wordt op 14 juli 1846 met 4 tegen 3 stemmen goedgekeurd. Eén van de tegenstemmers is ene Franciscus Huyghe en dat zullen we geweten hebben.
We moeten toch even stilstaan bij die Francies Huyghe. 't Is geen echte Sentenaar, maar een aangespoelden uit Lovendegem. En toch zal hij hier rap ingeburgerd geraken. Niet moeilijk. Zijn tante is de steenrijke Catharina Huyghe, weduwe van Francies Van Damme en moeder van Antonia Van Damme, die van 't Godshuis. Frans Huyghe komt in 1824, als 23-jarige knaap bij zijn tante in Sint-Laureins wonen. Zijn tante zorgt ervoor dat hij binnen de kortste keren kerkmeester en later voorzitter en ontvanger van de Sentse kerkfabriek wordt. De Van Dammes, rijk zijnde, hebben een grote kennissenkring. En dat waren ook geen dompelaars. Francies Huyghe voelt zich als een vis in het water bij al dat rijk volk en trouwt in 1834 met de dochter van de immens rijke Constantinus Thomaes uit Biervliet. Lap, zijn broodje is gebakken. Maar zijn vrouw sterft al op 41-jarige leeftijd. Francies hertrouwt met de veel jongere weduwe zonder kinderen van een kleinzoon van Constantinus Thomaes. Er is meer dan één broodje gebakken. Frans Huyghe wordt, in het spoor van zijn overleden aangetrouwde nonkel, Francies Van Damme, zaakwaarnemer. Hij moet toch nogal veel vrije tijd gehad hebben wat hij slaagt erin om bij zijn twee echtgenotes 18 (!) kinderen te verwekken.
Onze vrolijke Frans wil echter in de politiek en met minder dan het burgemeestersambt is hij niet content. Hij kan in het begin echter niet op tegen de geliefde dokter Geersens. In 1845 lukt hij er toch in om gemeenteraadslid te worden, maar het moet een echte dwarsligger geweest zijn want in 1848 neemt hij al ontslag omdat hij zijn goesting niet krijgt.
Francies Huyghe
Maar keren we terug naar ons verhaal. Hoewel de aanleg van de steenweg naar de Wiskensmolen goedgekeurd is wordt er nog geen week na de stemming een petitie gestuurd naar de gemeenteraad waarbij 21 inwoners protesteren tegen het leggen van die steenweg en de voorkeur geven aan een steenweg van Sint-Laureins naar Balgerhoeke. Frans Huyghe en de familie Van Damme laten hun invloed gelden.
Burgemeester Geersens en de meerderheid houden echter vast aan hun plan. Te meer daar dit tewerkstelling meebrengt en zo de hongersnood kan terugdringen. In 1853 kan men eindelijk starten met de werken. Een lening van 25.000 frank aan 4% af te lossen op 30 jaar is goedgekeurd en de aanbesteding is geplaatst. Alle werken zullen uitgevoerd worden door mensen uit de gemeente.
Zit Francies Huyghe of zijn invloedrijke tante erachter? We weten het niet, maar in ieder geval komt de "hogere overheid" tussen. De grote duurte van de levensmiddelen zou de gemeentekas uitgeput hebben en de gemeente wordt van hogerhand verplicht om de geplande werken op staande voet stop te zetten en "uit te stellen tot betere tijden".
Een jaar later zijn het opnieuw verkiezingen en Francies Huyghe wordt verkozen en meteen burgemeester benoemd. De nieuw verkozenen leggen hun eed af op 16 januari 1855. Huyghe is nauwelijks verkozen of hij stelt voor om een steenweg aan te leggen van het dorp naar Balgerhoeke. Op 5 april 1855 ziet de raad voorgoed af van het leggen van een steenweg langs de Kruiskenstraat.
Spoorwegovergang in Balgerhoeke in 1933
In het achterhoofd van burgemeester Huyghe zal wel meegespeeld hebben dat zijn nicht, Antonia Van Damme, het vreselijk moeilijk gehad heeft om de stenen, het cement en wat weet ik al, nodig voor de bouw van haar Godshuis, van de "haven" van Balgerhoeke tot in Sente te krijgen, bij gebrek aan een goede verbindingsweg.
Maar wie denkt dat burgemeester Huyghe de steenweg laat aanleggen voor het algemeen nut, laat staan voor de schone ogen van de Sentenaars, die heeft het mis. Hij heeft de gemeenteraad goed in handen en laat de gemeente "al hare regten van eigendom die ze heeft of kan hebben op de straat genaemd den Leemweg of Boterhoeksche Kerkweg" afstaan aan hemzelf als concessionaris. De concessie wordt toegestaan voor 99 jaar. De beplanting langs de Leemweg zou eigendom geweest zijn van de Kerkfabriek en die heeft haar rechten nooit afgestaan aan de familie Huyghe. Die Kerkfabriek is echter een beetje gemakzuchtig en ziet niet om naar haar eigendom. De kinderen van de burgemeester zullen er later gretig gebruik van maken om ook die aanplant in handen te krijgen door verjaring (uitspraak door de Gentse rechtbank op 3 maart 1897, lang na het overlijden van Francies Huyghe in 1883). Verdertigd zoals we dat in Sente zo schoon zeggen.
Onze burgemeester laat er geen gras overgroeien en de weg wordt al in 1856 aangelegd. Van zulke termijnen kunnen we nu alleen nog dromen. Sente heeft eindelijk verbinding met zijn geburen.
Als concessionaris heeft Huyghe de weg zelf moeten bekostigen en dat geld moet terugverdiend worden. Aan de Boterhoek wordt een tolhek opgericht en al wie in Sente wil geraken moet betalen. Frans Huyghe heeft hier voor zijn familie een mooi appeltje voor de dorst weggelegd. Dat de meeste betalingen moeten gebeuren door zijn eigen dorpsgenoten zal hem worst wezen.
De Leemweg aan de Boterhoek met in het midden het tolhek
Naar een schilderijtje van Fred Laureyns